Daar sta ik dan.
Tientallen paren ogen kijken me aan. Sommige met extra glazen. Een aantal met extra lenzen en een enkeling ziet me zelfs twee keer staan.
Ik heb de microfoon losjes in mijn hand.
Onder mijn oksels is het nat.
Ik weet dat de mensen het ook kunnen zien, maar het hoort zo.
Op mijn voorhoofd racen de zweetdruppels om het eerst het puntje van mijn neus te bereiken.

Met mijn vrije hand wrijf ik de zweetdruppels van mijn hoofd af en ik blaas een aantal druppels de mensenmassa in.
De mensen worden wild. Het gelach weerkaatst aan alle kanten en vult mijn oren met trots.

Ik vertel een verhaal. Net zoals Theo Maassen. Een verhaal dat begint met onzin, gevolgd door nog meer onzin en dat eindigt met de grootste onzin. Maar samen klopt het en bezorg ik de mensen een gevoel dat ik ze een wijze les leer.

Ik doe een typetje als Hans Teeuwen en breng de microfoon anaal in bij de nieuwe Koning de Nederlanden.

Daarna maak ik een aantal grappen als Najib Amhali.
De mensen kijken me wat raar aan als ik met een Marokkaans accent begin te praten. Ik heb me voorbereid door mijn snor te laten staan en omdat ik in een hoge toonsoort begin te praten slikken de mensen mijn Marokkaanheid.

Uiteindelijk is de show afgelopen en krijg ik een staande ovatie.
Vrouwen gooien hun slipje op het podium.
Mannen gooien hun schoonmoeder.
Van het theater krijg ik een bos bloemen.
Ik hou niet van bloemen, dus ik gooi ze het publiek in.
Het publiek waardeert dit liefdevolle gebaar en scandeert mijn naam:

“F-P, F-P, F-P”

Ze zijn te lui om heel mijn naam uit te spreken.
Ik maak een buiging.
Ik strek me uit en laat het gejuig tot me komen.
Ik buig me nog een keer.
Ik buig te ver.

Ik val van het podium.
Ik doe mijn ogen open en kijk op naar mijn bed.

‘Godverdomme, weer uit bed gevallen bij het dromen.’
Ik ben helemaal geen cabaretier.
Geloof ook niet dat ik ooit een cabaretier zou kunnen zijn.

Elke show maak je dezelfde grappen. Elke show vertel je dezelfde pijnlijke verhalen.
En als je kut bent, elke show dezelfde doodse stiltes.

Nee, niets van dat alles voor mij.
Ik word al gek als ik van iemand anders twee keer hetzelfde verhaal hoor. Laat staan van mezelf.
Moppen vertellen kan ik ook niet, ik kan ze niet onthouden waardoor er al snel ‘uhhhh’ momenten ontstaan.
Mensen na doen lukt me ook niet, vooral niet qua mimiek.
Daarnaast praat ik zo onduidelijk dat ik bij de McDrive alles drie keer moet herhalen en alsnog maar de helft krijg.

Maar bovenal.
Ik ben helemaal niet grappig.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *