Het is bijna een mooie onNederlandse lentedag, de zon schijnt en een briesje zorgt voor verkoeling.
Het briesje is soms te Nederlands en zorgt voor de koude rillingen over mijn rug.
Het is warm genoeg voor een korte broek, maar te fris voor een T-shirt.
Maar het is mooi weer genoeg om een wandeling te maken. Een wandeling door de bossen. De bossen van de Amsterdamsewaterleiding Duinen. Duinen die ver genoeg van Amsterdam afliggen waardoor het gewonnen water nog drinkbaar is.
In deze natuurlijke omgeving kan je tot rust komen. Je ontspant van de fluitende vogeltjes en de zoemende bijtjes. Behalve als je bang bent voor bijen, want dan ga je heel hard gillen.
Maar ik ben niet bang voor bijen, dus dat gillen heb ik achterwege gelaten.
Een andere vorm van ontspanning is natuurlijk het natuur te fotograferen. Dit kost echter wel tijd en is wat lastiger als je met een partner aan het wandelen bent. En nog iets lastiger als je al een tijdje niet in de natuur hebt gefotografeerd.
Ik weet dat er grote grazers in deze bossen slash duinen huishouden en die wil ik op de gevoelige plaat proberen te leggen.
Dus de camera meegenomen. Lekker wandelen en als ik ze dan tegenkom even snel een fotootje schieten en weer door wandelen alsof er niets is gebeurt. Dat is het plan.
Na een kleine driekwartier te wandelen zie ik in de verte een grazer. ‘Ahh, mooi daar zit er één’, hoor ik mezelf nog denken.
Als we in de buurt zie ik een bordje dat het ‘verboden’ is om dichter bij te komen, want het is een rustgebied.
Ik zeg tegen mijn vrouw dat ze rustig moet blijven staan waar ze staat en dat ik rustig even wat dichter bij ga.
Ik hoef niet zo heel dichtbij, want ik respecteer ook het dier zijn ruimte. Ik heb dan ook wel een zoomlens om te gebruiken.
Van een afstand maak ik een aantal foto’s.
Als ik terug loop merk ik dat in de bosjes nog een aantal grazers staan.
Ik maak nog een aantal foto’s.
Tijd om verder te lopen.
We nemen de bocht mee naar links. Tot onze verbazing staat een grazer op het midden van ons pad.
Het is geen bij, dus tijd om om te draaien.
We komen weer bij het bordje dat meldt dat we niet dichterbij mogen komen.
Dat hoeft ook niet, want de grazers staan nog maar een tiental meters van ons af.
Ik maak nog een aantal foto’s en zie in de verte een grazer onze kant op komen.
‘Een lopende grazer, leuk voor de foto’, denk ik. En ik pak mijn camera en schiet snel een foto.
Terwijl ik door mijn camera naar de grazer kijk hoor ik intens gekraak, gevolgt door een gillende vrouw. Het gekraak lijkt op hout, de gil lijkt op mijn vrouw.
Ik kijk snel naar rechts en sta oog in oog met de grazer die net een tiental meters van me af stond.
‘Aaiii’
“Schiet op!”, roept mijn vrouw.
Gevolgt door: “Ik heb je telefoon laten vallen.”
Ongelooflijke actieheld dat ik ben, maak ik een foto van de grazer met een aantal takken op zijn hoofd.
Daarna raap ik mijn telefoon snel op en vlucht ik naar mijn vrouw.
We lopen snel de andere kant op.
We kijken nog één keer om.
Één van de grazers groet ons met een ‘MOOOOOOO’.
Alle grazers kijken nog één keer onze kant op, alsof ze denken ‘Wat zijn dat rare wezens’.
Thuis aangekomen, tijd om snel de foto te bekijken.
Op de één of andere manier is er toch wat bewegingsonscherpte in de foto gekomen, maar dat komt volgens mij door Photoshop ofzo.
[nggallery id=21]